Topscriptie heeft al ruim 6.000 studenten geholpen!
Laat ons je helpen bij je studie of het afstuderen. Ontdek wat we voor je kunnen doen.

Bel of WhatsApp een scriptiebegeleider

Tijdens de meeste (praktijkgerichte) opleidingen is het haast onvermijdelijk dat je een reflectieverslag moet opstellen. Het doel hiervan is om terug te blikken op een specifieke situatie of gebeurtenis, en stil te staan bij je eigen leerproces. Vind je het schrijven van zo’n verslag vooral een verplichte opdracht? Je bent zeker niet de enige. Toch valt het vaak best mee als je een duidelijke structuur volgt – en het kan zelfs erg leerrijk zijn!
In dit artikel geven we je concrete tips en voorbeelden om je te ondersteunen bij het schrijven van een sterk reflectieverslag.
Een reflectieverslag start meestal met een korte inleiding, gevolgd door het middenstuk (waarin je de situaties beschrijft en analyseert – vaak aan de hand van de STARR-methode), en eindigt met een besluit. In de inleiding geef je doorgaans kort aan waarover je verslag zal gaan: het onderwerp, het doel en eventueel aanvullende informatie. In het middenstuk bespreek je de verschillende situaties waarop je reflecteert. Vaak zijn dat er minstens drie, zodat je kan aantonen dat je over meerdere competenties beschikt of aan bepaalde leerdoelen hebt gewerkt.
De STARR-methode is veruit de meest gebruikte structuur voor het opstellen van een reflectieverslag. Deze methode vindt haar oorsprong in het HR-domein, en is daardoor erg taakgericht en minder emotioneel van aard – wat ze net zo praktisch maakt. Hieronder lichten we alle stappen van de STARR-methode toe en geven we concrete voorbeelden. Als je deze stappen volgt en toepast op jouw situatie, is je reflectieverslag in geen tijd klaar!
Stap 1: de Situatie
Voor een goed reflectieverslag is dit misschien wel de belangrijkste stap: het omschrijven van een situatie. Je dient hier de situatie zo concreet mogelijk te maken. Dus een situatie is niet ‘mijn afstudeerproject’, maar bijvoorbeeld wel ‘de eindpresentatie van mijn afstudeerproject’.
Het gaat hier om de beschrijving van een concrete gebeurtenis. Een concrete gebeurtenis kan je afbakenen op tijd en locatie, bijvoorbeeld ‘de vergadering op het hoofdkantoor op 3 oktober’. Tijdens deze concrete gebeurtenis ging er iets heel goed of juist helemaal niet, liet je heel duidelijk een bepaalde competentie zien of juist helemaal niet of de gebeurtenis was voor jou om een andere reden heel belangrijk. Denk dus goed na welke gebeurtenis je kiest om op te reflecteren!
Bij de beschrijving van de situatie moet je in ieder geval een antwoord geven op de volgende vragen:
Wat was de gebeurtenis?
Waar en wanneer was de gebeurtenis?
Wie waren erbij betrokken?
Wat gebeurde er precies?
Bij het beantwoorden van deze vragen is het goed om zo veel mogelijk aandacht te hebben voor details. Het is belangrijk dat de lezer van jouw reflectieverslag zich de situatie gemakkelijk voor zich kan zien.
Stap 2: de Taak
Wanneer je de situatie helder hebt omschreven, ga je in de volgende stap jouw taak of rol in die situatie omschrijven. Belangrijk daarbij is ook dat je aangeeft welk doel je bij die taak had. Met andere woorden, waarom had of deed jij die taak? Bij de beschrijving van de taak moet je in ieder geval een antwoord geven op de volgende vragen:Wat was jouw rol?
Wat was de rol van anderen?
Wat werd er van je verwacht en door wie?
Wat verwachtte je van jezelf?
Wat was het einddoel?
Stap 3: de Actie
Van de taak is het een klein stapje naar de actie: wat is het dat je concreet deed? Hier gaat het dus om een beschrijving van jouw gedrag. Omschrijf jouw gedrag zoals een film of een verhaal in een boek, zodat de lezer zich gemakkelijk jouw gedrag voor kan stellen. Hoe gedetailleerder, hoe beter! Er zijn verschillende manieren waarop je dat kunt doen. Zo kan je bijvoorbeeld alle acties en reacties registreren op een tijdlijn (bijvoorbeeld: ‘9.00 u start teamvergadering, 9.30 u presentatie van mijn afstudeerproject, 9.45 u vragen op mijn presentatie door teamleden, etc.’). Ook kan je deze stap opschrijven in de vorm van een dialoog (bijvoorbeeld: ‘Teamleider: waarom heb je alleen A-klanten meegenomen in je onderzoek?, Ik: ik heb het onderzoek afgebakend op de groep waar het grootste deel van jullie omzet vandaan komt, Teamleider: gaan we daardoor geen kansen missen?, etc. ‘). Zorg dat deze gedragsbeschrijving in ieder geval antwoord geeft op de volgende vragen:
Wat was het dat je deed?
Wat was het dat je zei?
Hoe werd daarop gereageerd door anderen?
Wat deed of zei jij vervolgens?
Stap 4: het Resultaat
Waar je in stap 3 jouw gedrag omschrijft als een film of een verhaal in een boek, laat je in deze stap het einde van die film of dat boek zien. En waar het bij de voorgaande stappen goed is om veel detail toe te voegen, kan je het in deze stap kort en bondig houden. Zorg dat je beschrijving van het resultaat antwoord geeft op de volgende vragen:
Hoe is de situatie afgelopen?
Wat heeft jouw gedrag opgeleverd?
Wat is nu de stand van zaken?
Stap 5: de Reflectie
De laatste stap van de STARR-methode is de daadwerkelijke reflectie. In deze stap maak je duidelijk hoe jij op de situatie terugkijkt en vooral wat je ervan hebt geleerd. Vooral dat leereffect is belangrijk (dat is uiteindelijk waarom je de reflectie doet!), dus onze tip hierbij is dat je altijd zorgt dat het leeraspect goed naar voren komt in je verslag. Je zal hier dus echt wat meer de diepte in moeten gaan dan enkel schrijven: ‘Dat zal ik de volgende keer anders doen’.
Voorbeeld: ‘Ik heb geleerd dat ik in een presentatie altijd moet starten bij het vertrekpunt van het project. Wanneer je begint met het delen van de eindresultaten, voelen de mensen die minder in het project zitten zich wellicht bedolven onder een berg informatie. Daardoor ontstonden tijdens mijn presentatie veel vragen, die ik eigenlijk had kunnen tackelen als ik iedereen in het begin beter had meegenomen in het waarom achter mijn project. Eventueel had ik dat ook kunnen doen door aan het begin een korte animatiefilm over mijn project te tonen. Voor een volgende presentatie ga ik een korte animatie over mijn project maken zodat iedereen gemakkelijk kan worden meegenomen in wat het is dat ik voor de organisatie aan het doen ben en waarom. Ik ga daarvoor de hulp vragen van Sophie die al ervaring heeft in het maken van korte animaties over projecten’.
In deze reflectiefase geef je in ieder geval antwoord op de volgende vragen:
Als het goed is heb je jouw reflectieverslag nu af! Wil jij jouw reflectieverslag laten nakijken (of je stageverslag)? Of wil je graag wat hulp (dit kan ook bij de andere manieren van reflecteren zoals het model van Korthagen of de ABCD reflectiemethode) of feedback op jouw reflectieverslag? Wij van Topscriptie helpen je graag!
Laat ons je helpen bij je studie of het afstuderen. Ontdek wat we voor je kunnen doen.
Bel of WhatsApp een scriptiebegeleider
Bel of WhatsApp een scriptiebegeleider
Stageverslag
Studietips algemeen
Alle onderwerpen in
Studietips algemeen
Een intakegesprek is altijd geheel vrijblijvend, we geven je graag meer persoonlijke informatie en een advies op maat, zodat je vooraf een goed beeld hebt bij wat we voor jou kunnen betekenen.